Delegatie Tweede Kamer op bezoek bij Thialf

HEERENVEEN - Al geruime tijd vragen provincie Fryslân en gemeente Heerenveen om Rijksgeld voor ijsstadion Thialf. 

Ondanks sympathie vanuit Den Haag voor Thialf bleef het er bij. Dat moet anders, vonden Statenleden Jaap Stalenburg (PvdA) en Esther de Vrij (VVD). Zij regelden een bezoek aan Thialf voor de woordvoerders van Tweede Kamerfracties.

Mede-initiatiefnemer Jaap Stalenburg vertelt dat hij met het Kamerdebat van afgelopen week de indruk kreeg dat de boodschap goed wordt begrepen. ‘Wij vinden dat de discussie over de financiering van Thialf niet alleen thuishoort in de gemeenteraad van Heerenveen en in Provinciale Staten.’

Stalenburg denkt dat het besef er wel is. ‘VVD en D66 hebben we mee, het motorblok van de formatie. Dat biedt hoop: de landelijke politiek snapt dat er wat moet gebeuren.’

Daarom is het ook belangrijk om te laten zien waar Thialf allemaal mee bezig is, zo zegt wethouder Jelle Zoetendal van Heerenveen. Hij was ook in Thialf vrijdag. ‘Wij willen duidelijk maken dat we gezamenlijk voor de opgave staan om Thialf te behouden. Het wordt te lastig voor gemeenten en provincie. De boodschap is duidelijk: help ons.’

Tweede Kamerlid Attje Kuiken (PvdA), die lang geleden in Fryslân woonde, zei dat ze het belangrijk vindt dat een instituut zoals Fryslân overeind blijft en niet verdwijnt. ‘Dat zou zonde zijn. In het sportdebat hebben we ook gezegd: wat voor kabinet er ook komt, dit moet worden geregeld.’

Topsport

Het opleiden van topsporters is ook in het belang van het hele land, zo stelt Kuiken. ‘Zij halen straks olympische medailles op, dan zijn wij weer trots. Dus laten we het regelen. Ik ben geen minister, maar volgens mij zijn er wel meer partijen die dit belangrijk vinden.’

Directeur Marc Winters van Thialf is blij met de aandacht voor zijn ijsstadion. ‘We willen dat het probleem op de agenda komt. We zijn al een tijd bezig met de financiële zorgen. We hebben al grote stappen gezet samen met onze sportpartners KNSB en NOC*NSF. Maar de problemen zijn nog niet verdwenen. Het gaat niet alleen om Thialf, maar om de vier-vijf grote olympische locaties. Het unieke van Thialf is de topsportfunctie: dat heeft echt een nationaal belang.’