Eerste straalverbinding met toren Spannenburg operationeel

In bedrijf
Foto ViaData
Foto ViaData

SPANNENBURG - In mei de eerste straalverbinding tussen de ViaData Toren op Spannenburg en bedrijfsgroothandel JIP een feit. Het bedrijf, dat het grotendeels moet hebben van de online handel, heeft daarmee een betrouwbare dataverbinding die zorgt voor een geschikte back-upmogelijkheid bij eventuele problemen. Want ondanks dat straalverbindingen al heel oud zijn, is dit een unieke manier om te voorzien in een alternatieve verbinding.

Voorwaarde voor deze constructie is wel dat het datacenter waarmee verbinding wordt gemaakt, dichtbij staat. Dat wil zeggen: niet verder dan 40 kilometer en hoe kleiner de afstand, hoe beter de capaciteit van de verbinding.

Hoogste gebouw
Daarnaast moet tussen het datacenter in de toren en het kantoorpand sprake zijn van een ononderbroken zichtlijn; je moet letterlijk van het ene object naar het andere kunnen kijken zonder dat daar een boom, zendmast of ander object tussen staat. De toren op Spannenburg maakt dat met zijn 118 meter hoogte, het hoogste bouwwerk van Fryslân, mogelijk.

Betrouwbaar
Over het project vertelt Ronald Terschegget van de ICT-afdeling bij JIP: “Dankzij de straalverbinding ben ik nu verzekerd van een redundante verbinding met onze private cloud, essentieel voor ons verkoopproces en dienstverlening naar onze klanten via ons portal. Tevens heb ik via de ViaData Toren te allen tijde verbinding met het internet, mocht onze glasvezelverbinding er uit liggen.”

Lokale mogelijkheden
Robert Procee, commercieel directeur van ViaData: “Inmiddels hebben we in samenwerking met Cellnex in de ViaData Toren extra faciliteiten gerealiseerd waarmee een straalverbinding kan worden gelegd tussen lokale bedrijven en ons datacenter. Voor bedrijven uit de omgeving biedt dit interessante mogelijkheden om te zorgen voor een stabiel, betrouwbaar en redundant uitgevoerd ICT-netwerk. Bovendien staat de data van onze klanten altijd hoog, droog en dichtbij in het veiligste datacenter van Fryslân.”