‘Grutte Pier’ Frank Hettinga schuift het ‘rustiger aan doen’ nog even op de lange baan

grootsneek
Afbeelding

Mijn eerste kennismaking met Frank Hettinga dateert van vijftien jaar geleden, toen hij samen met zeilmaat Willem Nico Potma aan boord stapte van mijn bootje voor de SKS finale skûtsjesilen op het Sneekermeer. In één keer was de bemanning van mijn ‘Snipa’ met twee oud-olympische zeilers uitgebreid. Eenmaal ter plaatse, net buiten de rode boeitjes van het wedstrijdveld, pakte Hettinga, twee meter lang en half zo breed, het bijna twintig kilo wegende anker achteloos uit de ankerkluis en gooide het moeiteloos vijf meter weg. Met open mond het anker nakijkend vergat ik bijna de ankerlijn vast te maken. 

Douwe Visser werd dat jaar, in 2007, voor de vierde keer kampioen; de vreugde bereikte een climax en de overbemeten koelkast aan boord draaide overuren, maar werd uiteindelijk tot een smadelijke nederlaag gedwongen toen het bier op was. Tussen de bedrijven door vertelde Frank Hettinga geanimeerd over de avonturen in de Soling met Willem Nico en Gerhard Potma tijdens hun olympische campagne in aanloop op de Olympische Spelen van 1996 in Atlanta. Voordat we echter dieper op dit deel van het verhaal ingaan, eerst de vraag der vragen: wie is Frank Hettinga?

‘Drie grutte vreters’

Frank Hettinga uit Heeg is van bouwjaar 1971; de jongste zoon van Herman en Gré uit Sneek. Boven hem kwamen Winfried en Arnoud. Het ‘jachtterrein’ van de drie was de Pripperstraat. Heit Herman was meer dan 45 jaar werkzaam bij Tromp Herenmode, en mem Gré was een hardwerkende huisvrouw met “drie grutte vreters”. Naast de opvoeding van haar ‘supertrio’ en haar vele bijbaantjes vond Gré zelfs nog tijd voor de moedermavo.

Na de lagere school vervolgde Frank met de Sint Jozef mavo. “Op mijn zestiende kreeg ik een bijbaantje als ‘krullenjongen’ bij botenverhuurder Lieuwe van der Pol uit Sneek,” blikt Frank terug. “Daar heb ik veel geleerd. Van het zeilen zelf, maar ook bootjes tuigen, schuren, verven, lakken, houtreparaties, houtbewerken, jachtbouw en betimmering. Ik had geen ‘zitvlees’, zodat ‘werken en leren’ bij Jachtwerf De Helling in Sneek voor mij de perfecte combi bleek. In die periode ontmoette ik in het Sneker uitgaansleven Esther Nieborg, een mooie meid van zestien en later mijn vrouw, waar ik tot op de dag van vandaag nog steeds stapelverliefd op ben.”

“Yess! Bemannen in een olympische klasse”

Frank was ten aanzien van het wedstrijdzeilen een laatbloeier. Zijn première beleefde hij in de Valk, maar al snel daarna volgde de overstap naar de Regenboog bij Peter Schuil. “Vrij vlot daarna werd ik ontdekt door de gebroeders Willem Nico en Gerhard Potma, die op dat moment net de overstap hadden gemaakt van de FD, de olympische Flying Dutchman, naar de Solingklasse”, vervolgt Frank het overzicht van zijn zeilcarrière. “Daar begon een van de mooiste periodes van mijn leven. Vanwege mijn lengte hoefde ik niet het voordek op om de spinakkerboom te wisselen tijdens de voordewindse gijp, maar deed ik dat vanuit de kuip. Razendsnel en zonder enige schommeling van de boot, en omdat ik er toch was, meteen de giek even naar de andere kant. Hier ontstond iets moois en wat nieuws. Het wierp zijn vruchten af en ik was bemanning in een olympische zeilboot! Yess! Nu nog de kwalificatie.”

“Bam! Mijn eerste wimpel”

“Ons eerste NK was meteen raak. Zestien wedstrijden in twee weekeinden op het IJsselmeer bij Muiden. Windkracht zes. Twaalf keer één en vier keer tweede, Bam! Mijn eerste wimpel. Twee weken later haalden we in Portugal tijdens het EK een zevende plaats, waarmee we ons kwalificeerden voor de A-kernploeg. Wat was dat mooi. Twee jaren wedstrijden overal in de wereld en uiteindelijk in 1996 de Olympische Spelen van Atlanta. Bij temperaturen tussen de 40 en 48 graden. Bovendien erg vaak weinig wind, verre van ideaal voor ons als zwaarweerzeilers. We kwamen domweg snelheid tekort. De vijftiende plaats was het maximaal haalbare. Desondanks een belevenis om nooit te vergeten. De openings- en sluitingsceremonie in Atlanta, de volleyballers, de ontmoeting en het etentje met, toen nog, prins Willem Alexander. Ik heb zelfs nog met hem in de Soling gevaren!”

Elke dag de dijk over begon te vervelen

“In dat olympische jaar ben ik ook voor mijzelf begonnen als zzp’er, achtereenvolgens bij Friendship in Makkum, eigen klussen, en een lange tijd bij Victoire in Alkmaar. Elke dag dus de dijk over. En dat begon te vervelen. Op zoek naar een eigen plekje stuitte ik op een buitenkans bij Hielke Visserman in Heeg; het betimmeren van een Kapiteinssloep. Mijn droom werd werkelijkheid. En het ging snel. We schrijven 1998 toen ik samen met een goede vriend begon op de werf bij Hielke. In 1999 stopte mijn collega ermee en kwam het eerste personeel in beeld. In 2000 een groeistuip toen de Amerikaanse markt om de hoek kwam; er moesten 25 sloepen in twee jaar worden geleverd naast de snelgroeiende Nederlandse sloepenmarkt. Uiteindelijk had ik in 2005 circa twintig man personeel in dienst.”

Een lach en een traan

In 2002 zijn Esther en Frank getrouwd en de trotse ouders geworden van dochter Britt, die in november dat jaar ter wereld kwam. Maar het was niet alleen maar rozengeur en maneschijn in huize Hettinga. Het achtereenvolgens verliezen van een te vroeg geboren dochtertje Benthe, en nog geen half jaar later zeilmaat en beste vriend Gerhard Potma hakten er flink in. “Dit alles deed ons besluiten een stapje terug te doen en een wat rustiger leven te gaan leiden. Ik was nog geen 35 en had al zoveel meegemaakt,” zegt Frank over die periode.

“Dorus Wajer, op dat moment al vier jaar mijn zakelijk partner, nam mijn aandelenpakket volledig over zodat wij een nieuw bestaan konden gaan opbouwen. Nog geen vier maanden daarna werd zoon Finn geboren.“

Mallorca gang uitgedaagd 

“In 2008 kochten we de grond aan op It Swee 2 in Heeg, waar we vandaag de dag nog steeds wonen en werken. De economische crisis heb ik overleefd door mijzelf als projectleider te verhuren op grote projecten in de mega jachtbouw. In 2012 werd ik enthousiast gemaakt voor Stand Up Paddling, suppen, door zeilmaat Romke Loopik. Romke is een telg uit het Hegemer nautisch geslacht Loopik en heeft als uitvalsbasis Mallorca. Waar anderen dromen om ooit eens het stuurwiel van een twaalfmeter, een America’s Cupper, aan te mogen raken, is dat voor Romke Loopik, als schipper van zo’n vleesgeworden natte droom, dagelijkse kost. Met een aantal Heegemer ondernemers hebben we de ‘Mallorca gang’ - Romke Loopik, Arend Venema en Dirk Jan Coljee - uitgedaagd voor een ‘vriendschappelijk’ wedstrijdje. Dus een SUP-board gekocht en ‘plat der voor’. Ik was vanaf dat moment voor de Hegemers ‘die lange gek’, die door het dorp peddelt.” ‘Grutte Pier’ Frank Hettinga uit Heeg ontdekte het suppen…

‘Frank, zou jij niet….’

“Na een maand al kreeg ik de eerste SUP merken aan de lijn. ‘Frank, jij hebt zo’n prachtige locatie, zou je niet….’ Ik zag daar wel brood in, maar het was nieuw en de acceptatie duurde lang. Na zeven jaar stond ik op het punt om EasySup Supstore, onderdeel van Hettinga Jachtservice i Heeg, te verkopen, toen COVID daar een stokje voor stak. Binnensporten en teamsporten waren vanaf dat moment taboe, net als reizen naar het buitenland. Nederland was op Nederland aangewezen met als gevolg een ‘booming’ watersportmarkt. Wij hebben het qua merken en kwaliteit behoorlijk op orde. Naast dealer zijn we ook distributeur van een paar merken, verhuren we SUP boards en leveren we aan SUP-scholen. ‘Never a dull moment’.“

Oude liefde roest niet

“In 2019 werd ik benaderd door Dorus Wajer. Of ik geïnteresseerd was in de overname van de naam, de rechten en de mallen van de Kapiteinssloep. Dit omdat de Kapiteinssloep niet meer binnen het assortiment van de Heegemer jachtbouwer Wajer paste. Die hadden zich ontwikkeld tot producent van luxe open daycruisers; krachtpatsers, die vooral aan de Middellandse Zee Rivièra gretig aftrek vonden.

Oude liefde roest niet; ik kende dat prachtige scheepje als mijn broekzak, zodat Esther en ik de knoop hebben doorgehakt en eigenaar werden van de Kapiteinssloep. Dat eerste jaar ben ik wel eens met samengeknepen billen door mijn bedrijf gelopen omdat ik zeven aanvragen van klanten kreeg om te bemiddelen bij de verkoop van hun Kapiteinssloep. Bij nummer zeven dacht ik: ‘En nog één, en nog één’. Maar in het coronajaar 2020 begon de zon in april te schijnen, in meerdere opzichten. Voor Hemelvaartsdag had ik ze allemaal verkocht. Daar kwam natuurlijk een bult werk achter weg, want ze moesten allemaal vaarklaar en in afleverconditie worden gebracht. En in de winter kreeg ik ze bijna allemaal weer terug voor onderhoud en stalling. Dus dat was in meerdere opzichten een prachtig seizoen.”

Een beetje rustiger aan doen?

“Ja, dat is wel een rode draad in mijn leven. Ik ben in een hel boel dingen geslaagd, maar daarin niet en dat heeft alles met mijn aard te maken. Ik wil alles tot in de perfectie doen en bedenk iedere keer wat nieuws. Vroeger zei ik dat ik met mijn vijftigste wilde ophouden, maar dat heb ik inmiddels een beetje bijgesteld. 

Wat ik dan zou willen? Ik zou graag een half jaar in het buitenland willen en kunnen wonen. Bijvoorbeeld in Mallorca. Mooi eiland. Zitten ook wat maatjes. Wordt dus het betere terraswerk. Beetje biljarten, suppen, zeilen. Wie weet. Wat in het vat zit…“

Tekst en beeld: Wim Walda