Mobiele Commando Unit, het crisiscentrum op wielen

112
Afbeelding

FRYSLAN - De Mobiele Commando Unit (MCU) is een grote rode vrachtwagen van Veiligheidsregio Fryslan die wordt opgeroepen bij incidenten waarbij wordt opgeschaald naar bijvoorbeeld een GRIP classificatie.

Opschalen naar GRIP, Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure, gebeurd bij grote of complexe incidenten waarbij hulpverleningsdiensten (brandweer, politie, geneeskundige zorg en bevolkingszorg) snel moeten omschakelen naar één multidisciplinaire organisatie. Denk bijvoorbeeld aan een grote brand in een flat waarbij de flat moet worden ontruimd, om dit zo goed mogelijk te laten verlopen moet er nauwe communicatie zijn tussen medewerkers van de bevolkingszorg maar ook de brandweer en andere hulpverleners die de flat ontruimen.

Mobiele Commando Unit
De Mobiele Commando Unit is zoals eerder gezegd een grote rode vrachtwagen en eigenlijk een soort ‘crisiscentrum op wielen’. Als deze in de omgeving van het incident een plek heeft gevonden dan stelt deze zich daar op. De ruimte die op het onderstel van de MCU zit wordt uitgeschoven en veranderd in een mobiele vergader ruimte, waarin het zogeheten CoPi(Commando Plaats Incident)-overleg plaats vind. De MCU is dan ook voorzien van snel internet, een stroomaggregaat, een satellietschotel en nog meer. Eigenlijk is het dus een rijdend kantoor waar op locatie in kan worden vergaderd. De Mobiele Commando Unit van Veiligheidsregio Friesland staat gestationeerd op de brandweerkazerne in Drachten.

CoPi-Overleg
Een overleg in de MCU wordt een CoPi-overleg genoemd. Bij zo’n overleg zitten leidinggevende functionarissen van meerdere hulpverleningsdiensten zoals Brandweer, Politie, Geneeskundige zorg en bevolkingszorg, maar dit kan worden aangevuld met andere disciplines die ook bij het incident betrokken zijn zoals het waterschap of de woningbouw. Tijdens het overleg wordt met de functionarissen besproken wat iedereen zijn prioriteit is en hoe het incident zo veilig en goed maar ook snel als mogelijk kan worden bestreden. Naast de functionarissen zitten ook twee andere personen bij het overleg, een Informatie Manager (IM) en Geo Informatie Manager (GIM). De IM’er houdt alles bij wat er besproken wordt in een CoPi-overleg en notuleert als het waren tijdens dit overleg en managet als het ware alle informatie. De GIM’er brengt de locatie van het incident, het bron- en effectgebied, zo goed mogelijk in kaart, deze kaart kan tijdens het CoPi-overleg worden gebruikt om een beter plan te maken om het incident te bestrijden.

Uitleg Grip Classificaties
GRIP staat voor Gecoördineerde Regionale incidentbestrijdingsprocedure. Er zijn verschillende GRIP-niveaus, afhankelijk van het soort en omvang van het incident wordt dit gekozen. Zo is één van de meest voorkomende GRIP-1, maar er kan worden opgeschaald tot GRIP-5.

GRIP-1
Soms zijn bij de bestrijding van een incident nog andere hulpverleningsdiensten betrokken (bijvoorbeeld politie of ambulance.) Als er coördinatie tussen de hulpverleningsdiensten nodig is, dan wordt er vaak opgeschaald naar GRIP-1. Vlak bij het incident wordt dan een Commando Plaats Incident (CoPI) ingericht. In dit team zitten vertegenwoordigers van de verschillende hulpverleningsdiensten en samen coördineren ze het incident en adviseren ze hoe het incident het beste aangepakt kan worden.

GRIP-2
Als er ook een inzet van hulpverleningsdiensten buiten de plaats van het incident (brongebied) nodig is, kan er worden opgeschaald naar een hoger GRIP-niveau. Naast het CoPI wordt dan een Regionaal Operationeel Team (ROT) ingericht. Het team verzamelt informatie, adviseert en coördineert. Onafhankelijk van de plaats van het incident komt het ROT samen op een vaste locatie in de regio. Vaak is dat het kantoor van de veiligheidsregio. Het ROT staat onder leiding van een Operationeel Leider. Uitgangspunt is dat het ROT zich richt op de (mogelijke) effecten van het incident. Het ROT is binnen de regionale rampenbestrijding en crisisbeheersing het hoogste operationele niveau.

GRIP-3
Wanneer tijdens een incident overlegd moet worden met  bijvoorbeeld een burgemeester, kan worden opgeschaald naar GRIP-3. Naast het CoPI en het ROT wordt dan een gemeentelijk beleidsteam (GBT) gevormd. Het GBT is een multidisciplinair team dat de burgemeester adviseert over (mogelijk) te nemen maatregelen en de communicatie richting pers en publiek. Het is formeel de burgemeester die besluit tot opschaling naar GRIP-3.

GRIP-4
Zodra het incident meer dan twee gemeenten bestrijkt, kan er worden opgeschaald naar GRIP-4 en wordt er op advies van de voorzitter van de veiligheidsregio een regionaal beleidsteam (RBT) samengesteld.

De voorzitter van de veiligheidsregio is in dat geval het bevoegd gezag. Het RBT is het adviesteam van de voorzitter van de veiligheidsregio. De burgemeesters van de getroffen gemeenten, de hoofdofficier van justitie en de voorzitter van het waterschap zijn formeel lid van het RBT. In veel regio’s schuiven zo nodig ook adviseurs van de operationele diensten en eventueel andere betrokken partijen aan bij het RBT. Bij GRIP-4 is normaal gesproken sprake van een incident dat beperkt blijft tot het grondgebied van één veiligheidsregio.

GRIP-5
Wanneer sprake is van een ramp of crisis die zich uitstrekt over meer dan één veiligheidsregio, kan worden opgeschaald naar GRIP-5. Dit gebeurt alleen als daartoe bestuurlijke noodzaak aanwezig is. Tijdens een GRIP-5 vindt geen overdracht van het bevoegd gezag plaats naar een ‘hoger niveau’. De voorzitters van de betrokken veiligheidsregio’s behouden het bevoegd gezag over de diensten die in hun eigen regio bij de rampbestrijding betrokken zijn. Wat wel gebeurt, is dat de veiligheidsregio’s gezamenlijk de interregionale incidentbestrijding ter hand nemen, waarbij één veiligheidsregio de bestuurlijke en operationele afhandeling coördineert.

GRIP-Rijk
Als er sprake is van een crisis waarbij diverse ministeries betrokkenheid hebben, kan dat reden zijn om GRIP-Rijk af te kondigen. Eenheid in verscheidenheid stelt aan GRIP-Rijk de voorwaarde dat de “nationale veiligheid” in het geding moet zijn; de vitale belangen van de Staat of de samenleving worden zodanig bedreigd dat er sprake is van een (potentiële) maatschappelijke ontwrichting. De situatie dient dan zodanig te zijn dat deze vraagt om “sturing door het Rijk”. De ministeriële commissie crisisbeheersing (MCCb) neemt het besluit tot het afkondigen van een GRIP Rijk.

De MCCb is belast met de intersectorale crisisbeheersing en bestaat uit de betrokken ministers en wordt voorgezeten door de minister van VenJ als coördinerend minister of -bij zeer grootschalige crises- door de minister-president. In het MCCb wordt afgestemd tussen de ministers om de integrale crisisbeheersing op dat moment zo goed mogelijk tussen alle betrokken ketens te coördineren. De MCCb neemt geen bevoegdheden over van individuele ministers. De betrokken ministers blijven zodoende het bevoegd gezag binnen hun eigen functionele keten.